Nieuwsitems
Philip Heijnen

Nederlands kampioen achter de derny Philip Heijnen

11 December 2022

Nederlands kampioen achter de derny Philip Heijnen heeft deze week indruk gemaakt in de 39e Wooning Zesdaagse. In het oranje shirt van Tanis kon de 22-jarige renner toppers als Niki Terpstra en Elia Viviani al tackelen in de strijd achter de iconische brommertjes. We zochten hem op om over zijn specialiteit te praten. 

Wanneer ben je begonnen met derny rijden?
"Eigenlijk vanaf het moment dat ik op de wielerbaan ben gaan rijden al. Ik vond het meteen heel mooi, die snelheid. Daarna merk je dat je die dernykoersen leuk doet. Op een gegeven moment reed ik een interlandwedstrijd tussen Nederland en België, waar ik Robbe Ghys een keer klopte in een dernyserie. Toen dacht ik van: 'Ja, nu kan ik het toch echt wel heel goed.’ Sindsdien vind ik het gewoon heel leuk om te doen.”

Wat maakt je een goede dernyrenner?
"Ik hou er niet van om mezelf echt goed te noemen of een talent, maar ik denk wel dat je er de feeling voor moet hebben. En je moet ook een beetje gek zijn, want ja: je rijdt met 70 per uur over die baan heen en je moet blind kunnen vertrouwen op je gangmaker. Verder moet je de souplesse hebben. Sommige jongens vragen weleens aan mij: 'Wat rijd je dan op een NK? Rijd je dan een met een versnelling van 54 of 55 voor en 13 achter?’ Dan zeg ik: 'Nee, niet eens. 52/13, 53/13.’ Dat geloven ze dan niet. Toch is het echt waar. Hier in Rotterdam rijd ik met 54/14 en dat krijg ik goed rond. Waarom? Omdat ik kan draaien en de souplesse heb. Dat is ook key aan het derny rijden, dat je kan blijven draaien.”

Wat bespreek je voordat je een wedstrijd ingaat?
"Voor de kampioenschappen heb ik met Peter Möhlmann een vaste gangmaker, maar hier tijdens de Wooning Zesdaagse wordt geloot en krijg je een gangmaker toegewezen. Voor de wedstrijd roep ik gewoon 'Voor de winst’ naar mijn gangmaker. Of ik roep nog snel hoe ik het wil. Op de eerste dag zei ik tegen Erik Schoefs: 'Ik wil volle pijp rijden.’ En op de tweede dag zei ik: 'Wacht maar iets langer.’ Ondertussen weten die mannen ook wel dat ik eigenlijk met de derny voor de winst wil gaan. Die rekenen daar alvast op. Dus dan hoef ik eigenlijk alleen maar te zeggen: lang wachten, of vroeg gaan. Dat soort dingen.” 

Wat is je beste herinnering aan het derny rijden?
"Ik vind het hier in Rotterdam heel vet natuurlijk, maar het met heel veel trots kijk ik terug op het Nederlands kampioenschap achter de derny van vorig jaar. Ik bleef superlang achter Reinier Honig en kwam in de finale er toch nog over. Koersen had nog nooit zo veel pijn gedaan. Dat het tegen Reinier was, was echt cool. Ik heb superveel respect voor iemand die al zo lang in de wielerwereld zit en ook gewoon zo hard achter een derny en stayer kan rijden. Natuurlijk was het dit jaar ook cool, omdat ik zes of zeven keer om de rest heen reed.”

Wat vind je mooier: een originele derny of een elektrische?
"De oude, gewoon de derny. Die elektrische vind ik echt afschuwelijk voor in de wedstrijden. Waarom? Dat is hetzelfde als je vraagt: wat maakt 't Kuipke in Gent zo mooi? Het is gewoon iets van vroeger. Ik vind het hartstikke goed dat we elektrische derny’s hebben voor Keirins, ook voor mensen met astma bijvoorbeeld. Maar ik hoop niet dat het doorgaat naar dit soort wedstrijden. En het kán in mijn ogen ook niet, want je hoort hem niet. Wat is de sfeer dan? Uiteindelijk komt iedereen voor het geluid, dat is het mooie. Voor mij als renner is het geluid ook handig, want zo kan ik tegenstanders horen aankomen.” 

Wie is de beste gangmaker?
"Dat weet ik niet! Ik heb nog nooit achter Ron Zijlaard gereden bijvoorbeeld, of achter de rug van Herman Bakker. Ik weet het oprecht niet. Ik vind het wel jammer dat ik nog nooit achter Joop Zijlaard heb gereden. Joop is de beste gangmaker die er ooit is geweest, maar ik weet het niet want ik heb dat nooit kunnen ervaren. Ik zie het wel, want op beelden zie je dat hij echt bizarre lijnen rijdt en hoe dat hij de wedstrijd in de gaten heeft.”

Word je van het rijden achter de derny een betere renner?
"Jawel, dat denk ik wel. Mensen rijden me niet snel uit het wiel en ik zal niet snel worden gelost. Ik zal nooit het wiel laten gaan. Ik denk dus wel dat het derny rijden je beter maakt, überhaupt is het goed voor je snelheid.”

Wat maakt derny rijden hier in Rotterdam zo speciaal?
"Het publiek. Tijdens het Nederlands kampioenschap zat er bijna niemand. Zonde, want je doet wel iets moois. Het is wel een prestatie die je levert. Hier in Rotterdam wordt dat ook beloond. Hier juichen mensen en ben je echt blij, en is de waardering er ook. Dat is cool. Je bent Nederlander en mensen weten dat je Nederlands kampioen bent, dat maakt het mooi. Mensen willen ook iets zien van je. De speaker roept het om. Het wordt gewoon een beetje opgehypet, dat is de waardering. Dat vind ik wel cool.”

Het is mooi om je zo passievol over het derny rijden te horen praten.
"Het ziet er soms stom uit, maar het is ook wel een belangrijk gedeelte. Het is gewoon mooi. Het is snelheid, het is actie, dat vind ik wel goud.” 

TICKETS